drukke dag 1.0
dag met veel bezigheden, met een grote toeloop van belangstellenden, met veel verkeer
enz.
Algemene voorbeelden
Hier heeft hij zijn bieper. Daar een draagbare telefoon. En melden maar. Vooral zaterdag is altijd een drukke dag. Dan loop je continu een paar storingen achter.
De drukke dagen met veel bewegen en zwemmen, vreemde bedden en het vroege opstaan gaan doortellen.
Zondag wordt ook een drukke dag door terugkerende toeristen. De filegevoelige trajecten zijn de wegen rond grote steden als Madrid, het zuiden van Barcelona, Valencia en Bilbao.
drukke dag 2.0
werkdag met veel te verrichten werkzaamheden
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 2.0 |
---|
Algemene voorbeelden
Ik had een drukke dag met vergaderingen, die me volledig in beslag namen.